Nederlands:Platform-K (Q1153517): verschil tussen versies
(eerste upload) |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
<div>De Gentse organisatie Platform-K is een unicum in België. Het is de enige plek waar dansers met een fysieke en mentale beperking worden opgeleid en waar ze vervolgens kunnen doorstromen naar een gezelschap dat professionele dansvoorstellingen produceert. Platform-K werd opgericht onder de vleugels van vormingscentrum Handicum (inmiddels Konekt). Hun theater- en dansworkshops bleken een groot succes, waarop Konekt-directeur Koen Deweer en lid Kurt Vanhauwaert in 2008 besloten om een aparte vzw op te zetten, specifiek gericht op de artistieke ontplooiing van mensen met een beperking. <br><br>In het begin werkte Platform-K, dat sinds 2009 een subsidie ontvangt onder het Kunstendecreet, multidisciplinair: mensen met een handicap die thuis of in een voorziening leefden, konden intekenen op een project in het domein van videokunst, dans, fotografie of theater, telkens begeleid door een professionele kunstenaar. <br><br>Platform-K dicht een lacune in het Vlaamse kunstenveld, waar de sociaal-artistieke sector vooral op het vlak van theater en beeldende kunst goed vertegenwoordigd is.</div><div><br></div><blockquote>Inspelend op de nood om minder projectmatig te werken en haar expertise te verdiepen, besliste Platform-K in 2013 om zich uitsluitend op dans toe te leggen en een vast gezelschap op te richten. Het dichtte daarmee een lacune in het Vlaamse kunstenveld, waar de sociaal-artistieke sector vooral op het vlak van theater en beeldende kunst goed vertegenwoordigd is. Ook internationaal deed Platform-K hiermee een inhaalmanoeuvre. In Schotland en Groot-Brittannië zijn <em>integrated dance companies</em> - gezelschappen waar dansers met en zonder een beperking samenwerken en beide voor elkaar een meerwaarde vormen - volledig ingeburgerd.</blockquote><div><br></div><blockquote>Platform-K profileert zich naar dat Britse model ook als een ‘inclusief’ gezelschap, al vermijdt het liefst de term ‘inclusiedans’ waarmee de samenwerking tussen beperkte en niet-beperkte dansers vaak reducerend wordt aangeduid. Alsof het om een andere vorm of stijl van dansen gaat. Performers Kobe Wyffels, Hannah Bekemans, Ivana Pellegrims, Sarah Snoeij, Fernando Amado en Véronique Mees vormen de kern van het gezelschap, en worden ondersteund door artistiek coördinator Inge Lattré en Dans(-educatief) medewerkster Frauke Seynnaeve. De dansers zijn allen opgeleid in de 'werkplek' van Platform-K, waar in totaal ongeveer een vijftiental mensen met een beperking les volgen. Professionele docenten laten hen er kennismaken met ademhalingstechnieken, yoga, vloerwerk, releasetechniek, partnering en krachttraining - de grondbeginselen van de hedendaagse dans zeg maar. Met het aanbieden van een opleiding wil Platform-K tegemoet komen aan de beperkte doorstroom van mensen met een beperking naar het reguliere hoger dansonderwijs. Het Antwerpse Conservatorium (Dans) biedt sinds enkele jaren wel een module inclusiedans aan, wat een grote stap voorwaarts is, maar mensen met een beperking kunnen er tot dusver nog geen volwaardige training volgen.</blockquote><div>Platform-K is ondertussen vijf jaar bezig en heeft in die tijd vier grote dansproducties gerealiseerd waarin beperkte en niet-beperkte dansers telkens samen op het podium staan: <em>The Beast in the Jungle</em> (i.s.m. Het KIP, 2015); de internationale voorstelling <em>You et Vous</em> (i.s.m. StopGap, Indepen-Dance en Micadanses, 2015); <em>Monkey Mind</em> (i.s.m. Lisi Estaras/Les Ballets C de la B, 2016) en <em>Common Ground</em> (i.s.m. Benjamin Vandewalle, 2018). Toch is het moeilijk om te spreken over een huisstijl. Voor elke productie wordt een professionele gastchoreograaf geëngageerd met een eigen visie en poëtica, wat resulteert in een eclectische mix aan voorstellingen, op het snijpunt tussen dans en theater.<br><br>Natuurlijk zijn er wel enkele krachtlijnen. Zo komen de persoonlijkheden van de dansers altijd sterk naar voor. De zoektocht naar authenticiteit en persoonlijke expressie, los van het technisch kunnen, lijkt deels een bewuste keuze om de toeschouwer voorbij te laten gaan aan de beperking en alle vooroordelen die daarbij horen, maar ook een natuurlijke gegevenheid: de meeste leden van het gezelschap, waaronder drie personen met het syndroom van Down, hebben nu eenmaal een uitgesproken karakter dat ze niet willen of kunnen verstoppen op het podium.<br><br>Voor Platform-K is het belangrijk dat de dansers niet alleen uitvoerend zijn, maar ook 'creërend'. Het is een voorwaarde om toe te treden tot het gezelschap, en ook de choreografen die gevraagd worden moeten in staat zijn om de dansers als autonome creators in het proces te betrekken.<br><br>Choreografe Lisi Estaras ent in het prettig gestoorde Monkey Mind zelfs hele scènes op de leefwereld en interesses van Kobe Wyffels, Hannah Bekemans en Fernando Amado. Zo laat ze showbeest Kobe, die verzot is op jumpen, een scène hard gaan op zijn favoriete muziek. Figo-fan Fernando leeft zich dan weer in voetbaltenue uit op een Portugese song en Hannah ontpopt zich tot een verleidelijke diva zoals ze ook in het echte leven durft zijn.<br><br>Voor Platform-K is het belangrijk dat de dansers niet alleen uitvoerend zijn, maar ook 'creërend'. Het is een voorwaarde om toe te treden tot het gezelschap, en ook de choreografen die gevraagd worden moeten in staat zijn om de dansers als autonome creators in het proces te betrekken. Dat is bijvoorbeeld de reden waarom improvisatie tijdens de creatie, maar ook in de voorstellingen zelf vaak een belangrijke rol speelt. Het is een dankbare manier voor mensen met een beperking om zelfstandig materiaal te vergaren. Leden die niet over het verbale of abstraherende vermogen beschikken om aan de repetitietafel mee te discussiëren, kunnen zo de voorstelling toch mee vormen.<br><br>Wat dat oplevert, zie je mooi in het derde luik van Common Ground. Daarin dansen Wyffels en Bekemans een duet dat volledig door henzelf is gechoreografeerd. Choreograaf Benjamin Vandewalle, die zelf mee op de scène staat, monteerde over de trage dansfrasen een voice-over waarin je Wyffels en Bekemans - in het alledaagse leven een koppel - bezig hoort tijdens de repetities. Bekemans, die talig zeer sterk is, leert Engelse woordjes aan Wyffels, die daar vaak zijn eigen versies van brouwt. Het geeft een eerlijke en grappige inkijk in hun leven en relatie, die mooi spoort met de intimiteit van hun duet. Door de camera, die bepaalde details van hun bewegingen uitvergroot op een scherm, speelt deze scène met nabijheid en afstand, vertrouwen en vreemdheid. ‘Ik vond het belangrijk om Kobe en Hannah niet alleen als dansers te tonen, maar ook als mensen,’ vertelt Vandewalle over die keuze. ‘Het proces dat we hebben doorgemaakt en onze dynamiek worden zo deel van het stuk. De band tussen ons is de kern van de voorstelling.’<br><br>Wat Vandewalle hier benoemt, gaat eigenlijk op voor de meeste producties van Platform-K. Vrijwel altijd nemen ze de ‘inclusieve situatie’, de ontmoeting tussen dansers met en zonder een beperking, als inspiratie. Vaak is die al zo geladen met allerhande betekenis en connotaties dat een extern thema overbodig wordt, niet in het minst omdat de wereld van beperkte en niet-beperkte mensen elkaar zelden kruisen in het gewone leven.<br><br>In The Beast in the Jungle deelt Kobe Wyffels de scène met de Brits-Indische Taha Ghauri, die afstudeerde aan P.A.R.T.S., de dansschool van Anne Teresa De Keersmaeker. De hele voorstelling gaat over hun relatie en daarin zoeken de mannen veel dimensies op: afhankelijkheid, zorg, maar ook competitie, macht en een bijna slapstickachtige dadendrang. Met veel humor spelen choreografen Charlotte Dhaenens en Oliver Roels van Het KIP de vooroordelen uit die bij een duet tussen iemand met en zonder een beperking komen kijken. Zo praat Ghauri voortdurend in het Engels met Wyffels, die hem vaak niet verstaat, maar toch antwoordt omdat het zo in het script staat. Op hetzelfde moment weet Wyffels heel goed voor welk spelletje hij ingeschakeld wordt en probeert hij Ghauri meermaals de loef af te steken. Een nieuw komisch duo lijkt geboren.<br><br>Ook in Monkey Mind speelt Estaras met die (gekleurde) perceptie van gelijkenis en verschil tussen mensen met en zonder beperking en neemt ze een loopje met een aantal seksuele taboes. Geliefden Wyffels en Bekemans simuleren in hun ondergoed bijvoorbeeld een vrijpartij. Wyffels en Amado dansen kin aan kin een liefdevol duet. Het is een intimiteit die maar al te vaak gecensureerd wordt wanneer het gaat over mensen met een beperking. Vooral de prachtige eindscène tussen Amado en de niet-beperkte danseres Anna Calsina, laat het potentieel zien van dans met een diverse cast zoals hier. Hij probeert haar gerust te stellen na een krampachtige dans, strijkt met zachte hand langs haar lichaam tot haar ademhaling rustig wordt. Je kijkt naar een relatie die om zoveel redenen niet kan zijn, niet mag zijn, alsof de beperking die intieme ruimte tussen hen radicaal doormidden klieft. Tegelijk zie je een man en een vrouw die hetzelfde verlangen naar troost en geborgenheid delen, waardoor een andere, gelijkwaardige, relatie ontstaat. Normaliteit of beperking vervagen en in de schaduw tekenen zich twee schone, sterke mensen af.<br><br>Estaras toont het verschil, maar overkomt het op hetzelfde moment. Precies dat is ook de ambitie van Platform-K <em>as such</em>: ze willen de kracht van dansers met een beperking tonen, zonder hen tot die beperking te reduceren.<br><br>Auteur: Charlotte De Somviele<br> | <div>De Gentse organisatie Platform-K is een unicum in België. Het is de enige plek waar dansers met een fysieke en mentale beperking worden opgeleid en waar ze vervolgens kunnen doorstromen naar een gezelschap dat professionele dansvoorstellingen produceert. Platform-K werd opgericht onder de vleugels van vormingscentrum Handicum (inmiddels Konekt). Hun theater- en dansworkshops bleken een groot succes, waarop Konekt-directeur Koen Deweer en lid Kurt Vanhauwaert in 2008 besloten om een aparte vzw op te zetten, specifiek gericht op de artistieke ontplooiing van mensen met een beperking. <br><br>In het begin werkte Platform-K, dat sinds 2009 een subsidie ontvangt onder het Kunstendecreet, multidisciplinair: mensen met een handicap die thuis of in een voorziening leefden, konden intekenen op een project in het domein van videokunst, dans, fotografie of theater, telkens begeleid door een professionele kunstenaar. <br><br>Platform-K dicht een lacune in het Vlaamse kunstenveld, waar de sociaal-artistieke sector vooral op het vlak van theater en beeldende kunst goed vertegenwoordigd is.</div><div><br></div><blockquote>Inspelend op de nood om minder projectmatig te werken en haar expertise te verdiepen, besliste Platform-K in 2013 om zich uitsluitend op dans toe te leggen en een vast gezelschap op te richten. Het dichtte daarmee een lacune in het Vlaamse kunstenveld, waar de sociaal-artistieke sector vooral op het vlak van theater en beeldende kunst goed vertegenwoordigd is. Ook internationaal deed Platform-K hiermee een inhaalmanoeuvre. In Schotland en Groot-Brittannië zijn <em>integrated dance companies</em> - gezelschappen waar dansers met en zonder een beperking samenwerken en beide voor elkaar een meerwaarde vormen - volledig ingeburgerd.</blockquote><div><br></div><blockquote>Platform-K profileert zich naar dat Britse model ook als een ‘inclusief’ gezelschap, al vermijdt het liefst de term ‘inclusiedans’ waarmee de samenwerking tussen beperkte en niet-beperkte dansers vaak reducerend wordt aangeduid. Alsof het om een andere vorm of stijl van dansen gaat. Performers Kobe Wyffels, Hannah Bekemans, Ivana Pellegrims, Sarah Snoeij, Fernando Amado en Véronique Mees vormen de kern van het gezelschap, en worden ondersteund door artistiek coördinator Inge Lattré en Dans(-educatief) medewerkster Frauke Seynnaeve. De dansers zijn allen opgeleid in de 'werkplek' van Platform-K, waar in totaal ongeveer een vijftiental mensen met een beperking les volgen. Professionele docenten laten hen er kennismaken met ademhalingstechnieken, yoga, vloerwerk, releasetechniek, partnering en krachttraining - de grondbeginselen van de hedendaagse dans zeg maar. Met het aanbieden van een opleiding wil Platform-K tegemoet komen aan de beperkte doorstroom van mensen met een beperking naar het reguliere hoger dansonderwijs. Het Antwerpse Conservatorium (Dans) biedt sinds enkele jaren wel een module inclusiedans aan, wat een grote stap voorwaarts is, maar mensen met een beperking kunnen er tot dusver nog geen volwaardige training volgen.</blockquote><div>Platform-K is ondertussen vijf jaar bezig en heeft in die tijd vier grote dansproducties gerealiseerd waarin beperkte en niet-beperkte dansers telkens samen op het podium staan: <em>The Beast in the Jungle</em> (i.s.m. Het KIP, 2015); de internationale voorstelling <em>You et Vous</em> (i.s.m. StopGap, Indepen-Dance en Micadanses, 2015); <em>Monkey Mind</em> (i.s.m. Lisi Estaras/Les Ballets C de la B, 2016) en <em>Common Ground</em> (i.s.m. Benjamin Vandewalle, 2018). Toch is het moeilijk om te spreken over een huisstijl. Voor elke productie wordt een professionele gastchoreograaf geëngageerd met een eigen visie en poëtica, wat resulteert in een eclectische mix aan voorstellingen, op het snijpunt tussen dans en theater.<br><br>Natuurlijk zijn er wel enkele krachtlijnen. Zo komen de persoonlijkheden van de dansers altijd sterk naar voor. De zoektocht naar authenticiteit en persoonlijke expressie, los van het technisch kunnen, lijkt deels een bewuste keuze om de toeschouwer voorbij te laten gaan aan de beperking en alle vooroordelen die daarbij horen, maar ook een natuurlijke gegevenheid: de meeste leden van het gezelschap, waaronder drie personen met het syndroom van Down, hebben nu eenmaal een uitgesproken karakter dat ze niet willen of kunnen verstoppen op het podium.<br><br>Voor Platform-K is het belangrijk dat de dansers niet alleen uitvoerend zijn, maar ook 'creërend'. Het is een voorwaarde om toe te treden tot het gezelschap, en ook de choreografen die gevraagd worden moeten in staat zijn om de dansers als autonome creators in het proces te betrekken.<br><br>Choreografe Lisi Estaras ent in het prettig gestoorde Monkey Mind zelfs hele scènes op de leefwereld en interesses van Kobe Wyffels, Hannah Bekemans en Fernando Amado. Zo laat ze showbeest Kobe, die verzot is op jumpen, een scène hard gaan op zijn favoriete muziek. Figo-fan Fernando leeft zich dan weer in voetbaltenue uit op een Portugese song en Hannah ontpopt zich tot een verleidelijke diva zoals ze ook in het echte leven durft zijn.<br><br>Voor Platform-K is het belangrijk dat de dansers niet alleen uitvoerend zijn, maar ook 'creërend'. Het is een voorwaarde om toe te treden tot het gezelschap, en ook de choreografen die gevraagd worden moeten in staat zijn om de dansers als autonome creators in het proces te betrekken. Dat is bijvoorbeeld de reden waarom improvisatie tijdens de creatie, maar ook in de voorstellingen zelf vaak een belangrijke rol speelt. Het is een dankbare manier voor mensen met een beperking om zelfstandig materiaal te vergaren. Leden die niet over het verbale of abstraherende vermogen beschikken om aan de repetitietafel mee te discussiëren, kunnen zo de voorstelling toch mee vormen.<br><br>Wat dat oplevert, zie je mooi in het derde luik van Common Ground. Daarin dansen Wyffels en Bekemans een duet dat volledig door henzelf is gechoreografeerd. Choreograaf Benjamin Vandewalle, die zelf mee op de scène staat, monteerde over de trage dansfrasen een voice-over waarin je Wyffels en Bekemans - in het alledaagse leven een koppel - bezig hoort tijdens de repetities. Bekemans, die talig zeer sterk is, leert Engelse woordjes aan Wyffels, die daar vaak zijn eigen versies van brouwt. Het geeft een eerlijke en grappige inkijk in hun leven en relatie, die mooi spoort met de intimiteit van hun duet. Door de camera, die bepaalde details van hun bewegingen uitvergroot op een scherm, speelt deze scène met nabijheid en afstand, vertrouwen en vreemdheid. ‘Ik vond het belangrijk om Kobe en Hannah niet alleen als dansers te tonen, maar ook als mensen,’ vertelt Vandewalle over die keuze. ‘Het proces dat we hebben doorgemaakt en onze dynamiek worden zo deel van het stuk. De band tussen ons is de kern van de voorstelling.’<br><br>Wat Vandewalle hier benoemt, gaat eigenlijk op voor de meeste producties van Platform-K. Vrijwel altijd nemen ze de ‘inclusieve situatie’, de ontmoeting tussen dansers met en zonder een beperking, als inspiratie. Vaak is die al zo geladen met allerhande betekenis en connotaties dat een extern thema overbodig wordt, niet in het minst omdat de wereld van beperkte en niet-beperkte mensen elkaar zelden kruisen in het gewone leven.<br><br>In The Beast in the Jungle deelt Kobe Wyffels de scène met de Brits-Indische Taha Ghauri, die afstudeerde aan P.A.R.T.S., de dansschool van Anne Teresa De Keersmaeker. De hele voorstelling gaat over hun relatie en daarin zoeken de mannen veel dimensies op: afhankelijkheid, zorg, maar ook competitie, macht en een bijna slapstickachtige dadendrang. Met veel humor spelen choreografen Charlotte Dhaenens en Oliver Roels van Het KIP de vooroordelen uit die bij een duet tussen iemand met en zonder een beperking komen kijken. Zo praat Ghauri voortdurend in het Engels met Wyffels, die hem vaak niet verstaat, maar toch antwoordt omdat het zo in het script staat. Op hetzelfde moment weet Wyffels heel goed voor welk spelletje hij ingeschakeld wordt en probeert hij Ghauri meermaals de loef af te steken. Een nieuw komisch duo lijkt geboren.<br><br>Ook in Monkey Mind speelt Estaras met die (gekleurde) perceptie van gelijkenis en verschil tussen mensen met en zonder beperking en neemt ze een loopje met een aantal seksuele taboes. Geliefden Wyffels en Bekemans simuleren in hun ondergoed bijvoorbeeld een vrijpartij. Wyffels en Amado dansen kin aan kin een liefdevol duet. Het is een intimiteit die maar al te vaak gecensureerd wordt wanneer het gaat over mensen met een beperking. Vooral de prachtige eindscène tussen Amado en de niet-beperkte danseres Anna Calsina, laat het potentieel zien van dans met een diverse cast zoals hier. Hij probeert haar gerust te stellen na een krampachtige dans, strijkt met zachte hand langs haar lichaam tot haar ademhaling rustig wordt. Je kijkt naar een relatie die om zoveel redenen niet kan zijn, niet mag zijn, alsof de beperking die intieme ruimte tussen hen radicaal doormidden klieft. Tegelijk zie je een man en een vrouw die hetzelfde verlangen naar troost en geborgenheid delen, waardoor een andere, gelijkwaardige, relatie ontstaat. Normaliteit of beperking vervagen en in de schaduw tekenen zich twee schone, sterke mensen af.<br><br>Estaras toont het verschil, maar overkomt het op hetzelfde moment. Precies dat is ook de ambitie van Platform-K <em>as such</em>: ze willen de kracht van dansers met een beperking tonen, zonder hen tot die beperking te reduceren.<br><br>Auteur: Charlotte De Somviele<br></div> |
Huidige versie van 25 sep 2024 om 21:33
In het begin werkte Platform-K, dat sinds 2009 een subsidie ontvangt onder het Kunstendecreet, multidisciplinair: mensen met een handicap die thuis of in een voorziening leefden, konden intekenen op een project in het domein van videokunst, dans, fotografie of theater, telkens begeleid door een professionele kunstenaar.
Platform-K dicht een lacune in het Vlaamse kunstenveld, waar de sociaal-artistieke sector vooral op het vlak van theater en beeldende kunst goed vertegenwoordigd is.
Inspelend op de nood om minder projectmatig te werken en haar expertise te verdiepen, besliste Platform-K in 2013 om zich uitsluitend op dans toe te leggen en een vast gezelschap op te richten. Het dichtte daarmee een lacune in het Vlaamse kunstenveld, waar de sociaal-artistieke sector vooral op het vlak van theater en beeldende kunst goed vertegenwoordigd is. Ook internationaal deed Platform-K hiermee een inhaalmanoeuvre. In Schotland en Groot-Brittannië zijn integrated dance companies - gezelschappen waar dansers met en zonder een beperking samenwerken en beide voor elkaar een meerwaarde vormen - volledig ingeburgerd.
Platform-K profileert zich naar dat Britse model ook als een ‘inclusief’ gezelschap, al vermijdt het liefst de term ‘inclusiedans’ waarmee de samenwerking tussen beperkte en niet-beperkte dansers vaak reducerend wordt aangeduid. Alsof het om een andere vorm of stijl van dansen gaat. Performers Kobe Wyffels, Hannah Bekemans, Ivana Pellegrims, Sarah Snoeij, Fernando Amado en Véronique Mees vormen de kern van het gezelschap, en worden ondersteund door artistiek coördinator Inge Lattré en Dans(-educatief) medewerkster Frauke Seynnaeve. De dansers zijn allen opgeleid in de 'werkplek' van Platform-K, waar in totaal ongeveer een vijftiental mensen met een beperking les volgen. Professionele docenten laten hen er kennismaken met ademhalingstechnieken, yoga, vloerwerk, releasetechniek, partnering en krachttraining - de grondbeginselen van de hedendaagse dans zeg maar. Met het aanbieden van een opleiding wil Platform-K tegemoet komen aan de beperkte doorstroom van mensen met een beperking naar het reguliere hoger dansonderwijs. Het Antwerpse Conservatorium (Dans) biedt sinds enkele jaren wel een module inclusiedans aan, wat een grote stap voorwaarts is, maar mensen met een beperking kunnen er tot dusver nog geen volwaardige training volgen.
Natuurlijk zijn er wel enkele krachtlijnen. Zo komen de persoonlijkheden van de dansers altijd sterk naar voor. De zoektocht naar authenticiteit en persoonlijke expressie, los van het technisch kunnen, lijkt deels een bewuste keuze om de toeschouwer voorbij te laten gaan aan de beperking en alle vooroordelen die daarbij horen, maar ook een natuurlijke gegevenheid: de meeste leden van het gezelschap, waaronder drie personen met het syndroom van Down, hebben nu eenmaal een uitgesproken karakter dat ze niet willen of kunnen verstoppen op het podium.
Voor Platform-K is het belangrijk dat de dansers niet alleen uitvoerend zijn, maar ook 'creërend'. Het is een voorwaarde om toe te treden tot het gezelschap, en ook de choreografen die gevraagd worden moeten in staat zijn om de dansers als autonome creators in het proces te betrekken.
Choreografe Lisi Estaras ent in het prettig gestoorde Monkey Mind zelfs hele scènes op de leefwereld en interesses van Kobe Wyffels, Hannah Bekemans en Fernando Amado. Zo laat ze showbeest Kobe, die verzot is op jumpen, een scène hard gaan op zijn favoriete muziek. Figo-fan Fernando leeft zich dan weer in voetbaltenue uit op een Portugese song en Hannah ontpopt zich tot een verleidelijke diva zoals ze ook in het echte leven durft zijn.
Voor Platform-K is het belangrijk dat de dansers niet alleen uitvoerend zijn, maar ook 'creërend'. Het is een voorwaarde om toe te treden tot het gezelschap, en ook de choreografen die gevraagd worden moeten in staat zijn om de dansers als autonome creators in het proces te betrekken. Dat is bijvoorbeeld de reden waarom improvisatie tijdens de creatie, maar ook in de voorstellingen zelf vaak een belangrijke rol speelt. Het is een dankbare manier voor mensen met een beperking om zelfstandig materiaal te vergaren. Leden die niet over het verbale of abstraherende vermogen beschikken om aan de repetitietafel mee te discussiëren, kunnen zo de voorstelling toch mee vormen.
Wat dat oplevert, zie je mooi in het derde luik van Common Ground. Daarin dansen Wyffels en Bekemans een duet dat volledig door henzelf is gechoreografeerd. Choreograaf Benjamin Vandewalle, die zelf mee op de scène staat, monteerde over de trage dansfrasen een voice-over waarin je Wyffels en Bekemans - in het alledaagse leven een koppel - bezig hoort tijdens de repetities. Bekemans, die talig zeer sterk is, leert Engelse woordjes aan Wyffels, die daar vaak zijn eigen versies van brouwt. Het geeft een eerlijke en grappige inkijk in hun leven en relatie, die mooi spoort met de intimiteit van hun duet. Door de camera, die bepaalde details van hun bewegingen uitvergroot op een scherm, speelt deze scène met nabijheid en afstand, vertrouwen en vreemdheid. ‘Ik vond het belangrijk om Kobe en Hannah niet alleen als dansers te tonen, maar ook als mensen,’ vertelt Vandewalle over die keuze. ‘Het proces dat we hebben doorgemaakt en onze dynamiek worden zo deel van het stuk. De band tussen ons is de kern van de voorstelling.’
Wat Vandewalle hier benoemt, gaat eigenlijk op voor de meeste producties van Platform-K. Vrijwel altijd nemen ze de ‘inclusieve situatie’, de ontmoeting tussen dansers met en zonder een beperking, als inspiratie. Vaak is die al zo geladen met allerhande betekenis en connotaties dat een extern thema overbodig wordt, niet in het minst omdat de wereld van beperkte en niet-beperkte mensen elkaar zelden kruisen in het gewone leven.
In The Beast in the Jungle deelt Kobe Wyffels de scène met de Brits-Indische Taha Ghauri, die afstudeerde aan P.A.R.T.S., de dansschool van Anne Teresa De Keersmaeker. De hele voorstelling gaat over hun relatie en daarin zoeken de mannen veel dimensies op: afhankelijkheid, zorg, maar ook competitie, macht en een bijna slapstickachtige dadendrang. Met veel humor spelen choreografen Charlotte Dhaenens en Oliver Roels van Het KIP de vooroordelen uit die bij een duet tussen iemand met en zonder een beperking komen kijken. Zo praat Ghauri voortdurend in het Engels met Wyffels, die hem vaak niet verstaat, maar toch antwoordt omdat het zo in het script staat. Op hetzelfde moment weet Wyffels heel goed voor welk spelletje hij ingeschakeld wordt en probeert hij Ghauri meermaals de loef af te steken. Een nieuw komisch duo lijkt geboren.
Ook in Monkey Mind speelt Estaras met die (gekleurde) perceptie van gelijkenis en verschil tussen mensen met en zonder beperking en neemt ze een loopje met een aantal seksuele taboes. Geliefden Wyffels en Bekemans simuleren in hun ondergoed bijvoorbeeld een vrijpartij. Wyffels en Amado dansen kin aan kin een liefdevol duet. Het is een intimiteit die maar al te vaak gecensureerd wordt wanneer het gaat over mensen met een beperking. Vooral de prachtige eindscène tussen Amado en de niet-beperkte danseres Anna Calsina, laat het potentieel zien van dans met een diverse cast zoals hier. Hij probeert haar gerust te stellen na een krampachtige dans, strijkt met zachte hand langs haar lichaam tot haar ademhaling rustig wordt. Je kijkt naar een relatie die om zoveel redenen niet kan zijn, niet mag zijn, alsof de beperking die intieme ruimte tussen hen radicaal doormidden klieft. Tegelijk zie je een man en een vrouw die hetzelfde verlangen naar troost en geborgenheid delen, waardoor een andere, gelijkwaardige, relatie ontstaat. Normaliteit of beperking vervagen en in de schaduw tekenen zich twee schone, sterke mensen af.
Estaras toont het verschil, maar overkomt het op hetzelfde moment. Precies dat is ook de ambitie van Platform-K as such: ze willen de kracht van dansers met een beperking tonen, zonder hen tot die beperking te reduceren.
Auteur: Charlotte De Somviele